Bacteriën in je urine, maar geen klachten? Vaak is dat onschuldig en kun je rustig afwachten; ontdek wanneer behandelen wél verstandig is (bijvoorbeeld tijdens de zwangerschap of vóór een urologische ingreep) en hoe je met een schoon midstream-monster verwarring door contaminatie voorkomt. Je krijgt bovendien praktische tips voor zelfzorg, waarom onnodige antibiotica beter achterwege blijft en bij welke alarmsignalen je direct hulp zoekt.

Bacterie in urine zonder blaasontsteking: wat betekent het?
Een bacterie in je urine zonder dat je typische klachten hebt zoals pijn bij het plassen, vaker moeten plassen of troebele urine, heet asymptomatische bacteriurie. Dat klinkt spannend, maar vaak is het onschuldig. Soms komt het doordat er bij het afnemen van de urine wat huid- of vaginabacteriën in het potje terechtkomen (contaminatie). In andere gevallen leven er daadwerkelijk bacteriën in je blaas zonder dat ze schade veroorzaken (kolonisatie). Dit zie je vaker bij zwangerschap, hogere leeftijd of als je een katheter hebt. Het belangrijkste verschil met een echte blaasontsteking is dat je géén klachten hebt en je lichaam niet duidelijk reageert met pijn of koorts.
Een urinetest kan aanwijzingen geven, zoals nitriet of witte bloedcellen, en een kweek kan laten zien hoeveel bacteriën er groeien; pas bij voldoende hoge aantallen spreekt men van een echte aanwezige bacterie in de urine. De vraag is dan: moet je er iets mee? In de meeste gevallen niet, want onnodige antibiotica vergroten de kans op bijwerkingen en resistentie. Uitzonderingen zijn bijvoorbeeld als je zwanger bent of binnenkort een urologische ingreep krijgt; dan kan behandelen wél verstandig zijn. Verder is goed en schoon afnemen van je urinemonster belangrijk om verwarring door contaminatie te voorkomen, zodat je weet wat de uitslag echt betekent.
Asymptomatische bacteriurie: bacteriën zonder klachten
Asymptomatische bacteriurie betekent dat er bacteriën in je urine aanwezig zijn zonder dat je klachten hebt zoals pijn bij het plassen, vaak moeten plassen of koorts. Het is dus geen blaasontsteking, maar eerder een stille aanwezigheid van bacteriën. Dit komt vaker voor bij zwangerschap, hogere leeftijd, diabetes en als je een katheter hebt. Meestal hoef je niets te doen, omdat behandelen met antibiotica geen voordelen geeft en wel nadelen heeft, zoals bijwerkingen en antibioticaresistentie.
Uitzonderingen zijn zwangerschap en situaties waarin je binnenkort een urologische ingreep krijgt; dan kan behandelen complicaties voorkomen. De diagnose wordt het best gesteld met een urinekweek, omdat een snelle test met nitriet of leukocyten alleen niet genoeg zegt. Goed afnemen van je urinemonster (schoon, midstream) helpt om verwarring door contaminatie te voorkomen.
Verschil met blaasontsteking en kolonisatie
Onderstaande tabel laat in één oogopslag het verschil zien tussen blaasontsteking, asymptomatische bacteriurie en (katheter)kolonisatie/contaminatie bij “bacterie in urine maar geen blaasontsteking”.
| Toestand | Klachten | Urinebevindingen | Beleid |
|---|---|---|---|
| Blaasontsteking (cystitis) | Dysurie, frequente mictie, aandrang, soms suprapubische pijn (meestal geen koorts) | Dipstick vaak nitriet+ en/of leukocyten+; kweek: 1 kiem met significante groei passend bij klachten | Meestal antibiotica; bij milde klachten soms afwachten en goed drinken |
| Asymptomatische bacteriurie | Geen typische urinewegklachten | Kweek: significante groei van 1 kiem; leukocyturie mogelijk; dipstick kan nitriet+ zijn | Niet behandelen, behalve bij zwangerschap of vóór urologische ingrepen met mucosatrauma |
| Kolonisatie/contaminatie bij afname | Geen klachten; past bij onzuivere afname | Gemengde flora/meerdere kiemen, lage aantallen, mogelijk veel epitheelcellen; dipstick wisselend | Geen antibiotica; herhaal met schone midstream (of katheterized sample) en snelle inlevering |
| Kathetergerelateerde kolonisatie/bacteriurie | Vaak klachtenloos; bij echte UWI: koorts, malaise, flankpijn of verwardheid bij kwetsbaren | Kweek vaak positief door biofilm; nitriet/leukocyten minder betrouwbaar | Niet screenen/behandelen zonder klachten; bij klachten: katheter vervangen, kweek opnieuw, gericht behandelen |
Kernboodschap: bacterie in de urine zonder klachten is meestal asymptomatische bacteriurie of (katheter)kolonisatie en vraagt doorgaans geen antibiotica; behandel vooral bij duidelijke klachten of in specifieke situaties zoals zwangerschap of vóór urologische ingrepen.
Bij een blaasontsteking is er een echte infectie van de blaaswand met klachten zoals pijn of branderigheid bij het plassen, vaker en dringender moeten plassen, soms koorts of pijn laag in de buik. De urine laat meestal tekenen van ontsteking zien, zoals witte bloedcellen en vaak nitriet, en een kweek groeit duidelijk uit. Bij asymptomatische bacteriurie vind je wel bacteriën in je urine, maar heb je geen klachten en is er geen aantoonbare ontstekingsreactie; dit past bij kolonisatie: bacteriën zijn aanwezig zonder schade te veroorzaken.
Kolonisatie komt vaak voor bij kathetergebruik, hogere leeftijd of na recente antibiotica. Contaminatie – bacteriën die tijdens het afnemen in het potje belanden – kan het beeld nog verder vertroebelen. Behandelen doe je doorgaans bij een blaasontsteking, maar bij kolonisatie of asymptomatische bacteriurie meestal niet, behalve in specifieke risicosituaties zoals zwangerschap of een geplande urologische ingreep.
Mogelijke oorzaken: contaminatie, katheter, zwangerschap, ouderdom
Een bacterie in je urine zonder klachten kan meerdere oorzaken hebben die niets met een echte blaasontsteking te maken hebben. Contaminatie ontstaat als er tijdens het afnemen huid- of vaginabacteriën in het potje komen; zorgvuldig midstream opvangen verkleint die kans. Heb je een katheter, dan vormen bacteriën vaak een biofilm op het slangetje en komen zo in de urine terecht zonder direct klachten te geven. Tijdens de zwangerschap zorgen hormonale veranderingen en verwijding van de urinewegen ervoor dat bacteriën makkelijker blijven hangen, waardoor asymptomatische bacteriurie vaker voorkomt.
Op hogere leeftijd spelen minder volledige blaaslediging, veranderingen in afweer en bij vrouwen lagere oestrogeenspiegels mee, terwijl bij mannen een vergrote prostaat kan bijdragen. Deze factoren leiden vooral tot kolonisatie, niet per se tot een infectie.
[TIP] Tip: Geen klachten? Vermijd antibiotica; overleg bij zwangerschap of ingreep.

Behandelen of afwachten?
Een bacterie in je urine zonder klachten vraagt meestal om afwachten in plaats van behandelen. Bij asymptomatische bacteriurie levert antibiotica geven zelden voordeel op: je voorkomt geen blaasontsteking, terwijl je wel risico loopt op bijwerkingen en antibioticaresistentie. Uitzonderingen zijn er, maar ze zijn duidelijk: ben je zwanger, dan is behandelen wél verstandig omdat de kans op complicaties toeneemt; staat er een urologische ingreep gepland waarbij het slijmvlies kan bloeden, dan is een gerichte kuur vooraf zinvol.
Soms adviseert een specialist behandeling in de eerste maanden na een niertransplantatie. Heb je een verblijfskatheter, dan is bacteriurie vrijwel altijd aanwezig en behandel je alleen als je echt klachten of koorts krijgt. Twijfel je over de uitslag, herhaal dan de afname met een schoon midstream monstertje en laat zo nodig een kweek doen zodat je zeker weet wat er speelt. Belangrijk is dat je oplet op nieuwe signalen zoals pijn bij plassen, koorts, flankpijn of bloed in je urine en in die situaties wél actie onderneemt.
Wanneer niet behandelen (gezond, niet-zwanger, geen klachten)
Als je gezond bent, niet zwanger en geen klachten hebt, hoef je een bacterie in je urine meestal niet te behandelen. In deze situatie is er sprake van asymptomatische bacteriurie: bacteriën zijn aanwezig zonder ontstekingsverschijnselen. Antibiotica geven dan geen voordeel; je voorkomt geen blaasontsteking en vergroot wel de kans op bijwerkingen en antibioticaresistentie. Vaak ruimt je lichaam de bacteriën zelf op of blijft het bij onschuldige kolonisatie.
Twijfel je aan de uitslag, dan is opnieuw een schoon midstream urinemonster inleveren zinvol om contaminatie uit te sluiten en zo nodig een kweek te laten doen. Blijf alert op nieuwe klachten zoals pijn of branderigheid bij het plassen, koorts, flankpijn of bloed in je urine; dan neem je wél contact op voor gericht advies.
Wanneer wel behandelen (zwangerschap, vóór urologische ingrepen, risicogroepen)
Behandelen is wél nodig als je zwanger bent, omdat asymptomatische bacteriurie het risico op nierbekkenontsteking en complicaties verhoogt; daarom laat je een kweek doen en krijg je een gerichte, veilige antibioticakuur met nacontrole. Ook vóór urologische ingrepen waarbij het slijmvlies kan bloeden, zoals steenverwijdering of prostaatbehandeling, is behandelen verstandig om infecties na de procedure te voorkomen. Tot de risicogroepen reken je in de praktijk vooral mensen kort na een niertransplantatie; daar kan je arts kiezen voor behandelen, zeker in de eerste maanden.
Heb je een verblijfskatheter, dan behandel je asymptomatische bacteriurie meestal niet, behalve als er een ingreep of katheterwissel gepland staat of je klachten krijgt. Laat je keuze altijd sturen door een urinekweek, zodat je een passend antibioticum en duur krijgt en onnodige antibiotica vermijdt.
Risico’s van onnodige antibiotica
Onnodige antibiotica lijken onschuldig, maar leveren je meer nadelen dan voordelen op. Je vergroot de kans op resistentie: bacteriën worden minder gevoelig, waardoor een toekomstige infectie lastiger te behandelen is. Daarnaast kun je last krijgen van bijwerkingen zoals misselijkheid, diarree, huiduitslag of duizeligheid, en soms zelfs ernstige allergische reacties. Antibiotica verstoren ook je darm- en vaginale microbioom, wat schimmelinfecties of hardnekkige diarree door Clostridioides difficile kan uitlokken.
Door selectiedruk krijg je eerder terugkeer van klachten met moeilijker te behandelen bacteriën. Bovendien maakt een onnodige kuur het interpreteren van latere kweken lastiger en vergroot het de kans dat je bij een volgende keer weer onnodig behandelt. Kort gezegd: alleen inzetten als het echt zin heeft.
[TIP] Tip: Geen symptomen? Niet behandelen, behalve zwanger of urologische ingreep gepland.

Urinetest en uitslag begrijpen
Een urinetest helpt onderscheid maken tussen een echte blaasontsteking, asymptomatische bacteriurie en contaminatie. Correct afnemen en slim interpreteren voorkomt onnodige zorgen of antibiotica.
- Urinemonster afnemen: was handen; reinig de plasopening (vrouwen: van voor naar achter; mannen: voorhuid terugtrekken); vang het midstream deel van de urine op in een steriel potje; lever binnen 2 uur in of bewaar gekoeld (max. 24 uur); neem geen monster uit een opvangzak (katheter: via de sampling port een vers monster); noteer relevante info zoals klachten, medicatie en menstruatie.
- Uitslag duiden: op de teststrip wijst nitriet op nitraatreducerende bacteriën en leukocyten op een ontstekingsreactie; bloed en pH kunnen meeveranderen; een positieve strip zonder klachten zegt weinig, en een negatieve nitriettest sluit een infectie niet uit. De kweek telt CFU/ml en geeft vaak een antibiogram; klassieke drempel voor significante groei is hoog, maar interpretatie hangt af van klachten en afnamemethode. Hoge aantallen kunnen passen bij asymptomatische bacteriurie en vragen niet altijd behandeling.
- Contaminatie herkennen en wat je doet: meerdere kiemsoorten, veel plaveiselepitheel (huid- of vaginale contaminatie) of een onlogisch florapatroon wijzen op verontreiniging; bij lage aantallen zonder klachten past dit vaak bij kolonisatie. Herhaal dan de kweek met zorgvuldige midstream-afname (of overweeg katheterafname bij herhaalde contaminatie) en beoordeel altijd in combinatie met klachten en risicofactoren.
Bij twijfel over de betekenis van de uitslag: overleg met je huisarts en vermeld je klachten, risicoprofiel en hoe het monster is afgenomen. Zo voorkom je onnodige antibiotica en krijg je gerichte zorg.
Urinemonster afnemen: midstream, schoon, snel inleveren
Voor een betrouwbare uitslag neem je een schoon midstream urinemonster af. Was je handen, maak de schaamstreek kort schoon, plas de eerste seconden in het toilet en vang daarna de middenstroom op in een steriel potje zonder de binnenkant aan te raken. Sluit direct goed af. Lever het monster bij voorkeur binnen twee uur in; lukt dat niet, bewaar het dan in de koelkast en breng het zo snel mogelijk, liefst binnen 24 uur.
Ben je ongesteld, gebruik dan een tampon of geef het door. Na seks of na gebruik van desinfecterende zeep wacht je liever even, om vals-positieve uitslagen te voorkomen. Heb je een katheter, neem dan geen urine uit de opvangzak maar via de afnamepoort volgens de instructies, zodat je contaminatie voorkomt.
Uitslag duiden: nitriet, leukocyten, kweek en drempelwaarden
Nitriet op de teststrip wijst erop dat bacteriën nitraat omzetten, vooral door E. coli en soortgenoten; leukocyten duiden op een ontstekingsreactie. Samen vergroten ze de kans op een infectie, maar zonder klachten zeggen ze weinig, en een negatieve nitriettest sluit een infectie niet uit. De kweek geeft duidelijkheid: het lab telt bacteriën per milliliter (CFU) en bepaalt vaak ook de gevoeligheid voor antibiotica.
Zonder klachten spreek je meestal pas van relevante bacteriurie bij hoge aantallen en liefst een herhaalde bevestiging; bij klachten kunnen lagere aantallen al passen. Meerdere kiemsoorten of veel plaveiselepitheel suggereert contaminatie. Bij katheters gelden andere drempels en is kolonisatie gebruikelijk. Interpreteer de uitslag altijd samen met hoe je je voelt en hoe het monster is afgenomen.
Contaminatie herkennen op de labuitslag en wat je doet
Contaminatie herken je vaak aan een kweek met meerdere kiemsoorten (“gemengde flora”), lage of wisselende bacterietellingen en veel plaveiselepitheel (huid- of vaginacellen) op het verslag; soms zie je wel bacteriën maar nauwelijks leukocyten, wat niet past bij een echte ontsteking. Ook een monster dat te lang ongekoeld heeft gestaan geeft sneller een vervuild beeld. In zo’n geval start je géén antibiotica, maar herhaal je de afname als schoon midstream: handen wassen, kort reinigen, eerste straal laten lopen, middenstroom opvangen, potje direct sluiten en binnen twee uur inleveren of gekoeld bewaren.
Ben je ongesteld, gebruik dan een tampon of plan de afname anders. Heb je een katheter, neem dan via de afnamepoort af en nooit uit de opvangzak; bij herhaalde contaminatie kan wisselen van katheter nodig zijn.
[TIP] Tip: Zonder klachten? Vermijd antibiotica, bespreek herhalingstest met je arts.

Wat kun je zelf doen en wanneer zoek je hulp?
Heb je bacteriën in je urine zonder klachten? Meestal kun je afwachten, wel met een paar praktische stappen. Hieronder lees je wat je zelf kunt doen en wanneer je wél contact opneemt.
- Zelfzorg en preventie: drink verspreid over de dag (niet overdrijven), plas regelmatig en stel plassen niet uit; houd hygiëne simpel (geen agressieve zeep, veeg van voor naar achter, plas na seks); voorkom verstopping met vezels, voldoende vocht en bewegen; bij lichte zeurklachten kun je paracetamol volgens de bijsluiter nemen en een warme kruik gebruiken; twijfel je aan de uitslag, lever een nieuw schoon midstream-urinemonster in (eerst wat uitplassen, middenstroom opvangen, binnen 2 uur inleveren of in de koelkast bewaren).
- Wanneer actie ondernemen (alarmsignalen): neem contact op bij pijn of branderigheid bij plassen, vaak en kleine beetjes plassen, troebele of sterk ruikende urine, of bloed in de urine; bel direct bij koorts (38 °C), koude rillingen, pijn in zij/rug, misselijkheid of braken; ook als je zwanger bent en er bacteriën zijn gevonden of je klachten krijgt, na een urologische ingreep, of als klachten niet verbeteren binnen 24-48 uur; start geen restant-antibiotica op eigen houtje.
- Specifieke situaties: ouderen-nieuwe verwardheid alléén wijst niet automatisch op een UWI; zoek hulp bij koorts of bijkomende urinewegklachten; kinderen-neem contact op bij koorts met plasklachten, buik-/rugpijn of als een kind <12 jaar klachten heeft; katheter-geen routinekweken zonder klachten; bij koorts/klachten via de afnamepoort urine laten afnemen en katheterzorg volgen; bij verminderde afweer, nierziekte/-transplantatie of vóór urologische ingrepen: laagdrempelig overleggen met de arts.
Meestal is geen behandeling nodig als je geen klachten hebt. Twijfel je of merk je veranderingen? Neem dan contact op met je huisarts.
Zelfzorg en preventie
Met een bacterie in je urine zonder klachten draait het om rustig afwachten en slim voorkomen. Drink verspreid over de dag genoeg water en plas regelmatig, zeker na seks, zodat bacteriën minder kans krijgen om te blijven hangen. Houd je toilethygiëne simpel: veeg van voor naar achter en vermijd agressieve zeep of vaginale spoelingen die je natuurlijke balans verstoren. Kies voor luchtig, katoenen ondergoed en voorkom verstopping met vezelrijke voeding en bewegen.
Heb je diabetes, streef naar goede bloedsuikerwaarden. Bij terugkerende klachten na de overgang kan lokale vaginale oestrogeencrème helpen; bespreek dat met je arts. Cranberry of D-mannose helpt sommige mensen, maar het effect verschilt per persoon. Lever bij twijfel altijd een schoon midstream urinemonster in om onnodige antibiotica te voorkomen.
Wanneer je wél actie onderneemt: alarmsignalen
Neem contact op als je ineens klachten krijgt die passen bij een echte infectie: pijn of branderigheid bij het plassen, vaak en kleine beetjes moeten plassen, troebele of sterk ruikende urine, of bloed in je urine. Wacht niet af bij koorts, rillingen, pijn in je zij of rug ter hoogte van de nieren, misselijkheid of braken; dat kan wijzen op een nierbekkenontsteking.
Ben je zwanger, heb je een verzwakte afweer, een niersteen of een katheter, dan geldt een lagere drempel om hulp te zoeken. Merk je dat je je snel slechter voelt of dat er verwardheid optreedt bij jezelf of een naaste, neem dan dezelfde dag contact op met de huisarts of de huisartsenpost voor beoordeling en gericht beleid.
Specifieke situaties: ouderen, kinderen, katheter
Bij ouderen komt asymptomatische bacteriurie vaak voor en behandel je het meestal niet; plots verward raken betekent niet automatisch een urineweginfectie. Let op bijkomende signalen zoals pijn bij plassen, koorts, flankpijn of nieuw urine-incontinentie, en zoek tegelijk naar andere oorzaken zoals uitdroging, obstipatie of nieuwe medicatie. Bij kinderen wil je juist zorgvuldig beoordelen: zonder klachten behandel je niet, maar bij koorts zonder duidelijke bron of typische plasproblemen laat je een goed afgenomen monster onderzoeken (bij voorkeur schoon midstream of, bij jonge kinderen, via een steriele methode) en overleg je laagdrempelig met de huisarts, zeker bij herhaling.
Met een verblijfskatheter is bacteriurie vrijwel altijd aanwezig; start geen antibiotica zonder klachten of koorts, neem geen urine uit de opvangzak, en laat bij echte klachten eerst de katheter wisselen en vervolgens een kweek afnemen voor gerichte behandeling.
Veelgestelde vragen over bacterie in urine maar geen blaasontsteking
Wat is het belangrijkste om te weten over bacterie in urine maar geen blaasontsteking?
Een bacterie in de urine zonder klachten heet asymptomatische bacteriurie. Dat is geen blaasontsteking: er is kolonisatie, geen ontsteking. Oorzaken zijn contaminatie, katheter, zwangerschap of ouderdom. Meestal behandel je niet, tenzij risicogroep.
Hoe begin je het beste met bacterie in urine maar geen blaasontsteking?
Begin met een goed urinemonster: schoon, midstream, snel inleveren. Beoordeel nitriet, leukocyten en kweekdrempels. Behandel niet bij gezonde, niet-zwangere zonder klachten. Behandel wel bij zwangerschap, vóór urologische ingrepen of specifieke risicogroepen.
Wat zijn veelgemaakte fouten bij bacterie in urine maar geen blaasontsteking?
Veelgemaakte fouten: onnodig antibiotica geven bij kolonisatie, met resistentie en bijwerkingen tot gevolg; een slecht afgenomen monster waardoor contaminatie lijkt; alarmsignalen negeren (koorts, flankpijn, zwangerschap, kinderen, mannen, katheter, delier bij ouderen); katheterzorg vergeten.