Wil je weten wat er bij een mammogram gebeurt en hoe je je prettig voorbereidt? Je ontdekt waarom mammografie zo belangrijk is voor vroege opsporing, wat het verschil is tussen screening en diagnostiek (2D/3D), en wat je kunt verwachten van compressie tot uitslag en BI-RADS. Met praktische comforttips en heldere uitleg over betrouwbaarheid en vervolgstappen (echo, MRI, biopsie) ga je met minder stress en meer zekerheid je afspraak in.

Wat is een mammogram en waarom is het belangrijk
Een mammogram is een röntgenfoto van je borsten met een lage dosis straling, bedoeld om afwijkingen vroeg op te sporen. Het onderzoek maakt kalkspatjes, knobbeltjes en subtiele veranderingen in het borstweefsel zichtbaar, vaak nog voordat je iets kunt voelen. Daardoor vergroot een mammogram de kans dat borstkanker in een vroeg stadium wordt ontdekt, wat meestal betekent dat de behandeling minder ingrijpend is en de vooruitzichten beter zijn. Een mammogram wordt gebruikt voor screening als je geen klachten hebt, en diagnostisch als je bijvoorbeeld een knobbeltje, pijn of tepelveranderingen opmerkt. Er zijn 2D-opnames en 3D-tomosynthese, waarbij 3D het weefsel in laagjes bekijkt en zo overlap vermindert, wat vooral bij dicht borstweefsel kan helpen.
De stralingsdosis is laag en het risico is zeer klein vergeleken met de gezondheidswinst van vroege opsporing. Geen enkel onderzoek is perfect: sommige tumoren zijn lastig te zien, zeker bij dicht weefsel, en soms leidt een mammogram tot extra tests terwijl er niets ernstigs aan de hand is. Daarom wordt je mammogram beoordeeld door gespecialiseerde radiologen, vaak dubbel gelezen, om de betrouwbaarheid te verhogen. Voor jou is een mammogram belangrijk omdat het duidelijkheid geeft: het biedt geruststelling als alles normaal is, of zorgt snel voor vervolgstappen zoals een echo, MRI of biopsie als dat nodig is. Heb je klachten, wacht dan niet op een uitnodiging maar neem contact op.
Soorten en technieken: screening, diagnostisch, 2D/3D-tomosynthese
Onderstaande vergelijking zet de belangrijkste soorten mammogrammen en beeldvormingstechnieken naast elkaar, zodat je snel ziet wanneer welke aanpak wordt gebruikt en wat de voor- en nadelen zijn.
| Type/techniek | Doel/indicatie | Hoe het werkt | Voordelen en kanttekeningen |
|---|---|---|---|
| Screeningmammogram | Periodieke opsporing bij klachtenvrije vrouwen (bevolkingsonderzoek); standaard twee opnames per borst. | Meestal 2D digitale mammografie; sommige centra inzetten 3D-tomosynthese (met of zonder synthetische 2D). | Verlaagt borstkankersterfte; gestandaardiseerd. Kan afwijkingen missen bij dicht borstweefsel; lage dosis; bij afwijking volgt diagnostiek. |
| Diagnostisch mammogram | Bij klachten (knobbel, huid/tepelverandering), na afwijkende screening, of follow-up; vaak gecombineerd met echo. | Op maat: extra gerichte opnamen (spot-compressie, vergroting); 2D en/of 3D; directe beoordeling door radioloog. | Snellere verduidelijking en nauwkeuriger karakterisering. Soms meer opnamen en iets hogere totale dosis; kan leiden tot biopsie indien nodig. |
| 2D digitale mammografie | Standaard techniek voor screening en vaak eerste stap bij diagnostiek. | Twee projecties per borst met compressie; vlakdetector maakt een tweedimensionaal beeld. | Snel, breed beschikbaar, lage stralingsdosis. Weefseloverlap kan laesies maskeren of schijnbare afwijkingen geven, vooral bij dense borsten. |
| 3D-tomosynthese (DBT) | Verbeterde detectie en minder terugverwijzingen, met name bij dicht borstweefsel; in sommige programma’s ook voor screening. | Meerdere lage-dosis opnamen onder hoeken; reconstructie in dunne plakjes (1 mm) die weefseloverlap verminderen. | Hogere detectie en lagere fout-positieve recalls in studies; beter zicht op architectuurverstoring. Doorgaans iets hogere dosis dan 2D; leestijd langer; niet overal beschikbaar. Met synthetische 2D kan de totale dosis vergelijkbaar zijn met 2D. |
Kernboodschap: 2D is snel en laagdosis, 3D geeft meer details (zeker bij dense borsten), en de keuze tussen screening of diagnostiek hangt af van klachten en context.
Een mammogram kan twee doelen hebben: screening en diagnostiek. Bij screening laat je zonder klachten periodiek foto’s maken om afwijkingen vroeg te vinden, volgens een vast protocol en vaak met dubbele beoordeling. Een diagnostisch mammogram is juist maatwerk bij klachten, een voelbare knobbel, een opvallende tepelverandering of controle na een eerdere afwijking; er worden dan vaak extra of gerichte opnames gemaakt en zo nodig meteen een echo toegevoegd. Technisch zijn er 2D-opnames, de standaard digitale mammografie met beelden van bovenaf en schuin, en 3D-tomosynthese, waarbij de röntgenbuis in kleine hoeken draait en het borstweefsel in dunne laagjes wordt gereconstrueerd.
3D vermindert weefseloverlap, vergroot de kans dat kleine laesies zichtbaar worden en is vooral handig bij dicht borstweefsel. De stralingsdosis blijft laag; de keuze hangt af van je leeftijd, borstweefsel, voorgeschiedenis en de beschikbare apparatuur.
[TIP] Tip: Plan vanaf 50 elke twee jaar een mammogram; eerder bij risico.

Voor wie en hoe vaak in Nederland en België
In Nederland krijg je doorgaans tussen je 50e en 75e elke twee jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek borstscreening, vaak in een (mobiele) screeningsunit bij jou in de buurt. Dit programma is gratis en bedoeld om afwijkingen vroeg te vinden, ook als je geen klachten hebt. In België word je in het georganiseerde screeningprogramma uitgenodigd van 50 tot en met 69 jaar, eveneens om de twee jaar; een screeningsmammografie binnen het programma wordt ruim vergoed en dubbel gelezen. Val je buiten deze leeftijdsgroepen, dan kun je samen met je arts bespreken of en hoe vaak een mammogram zinvol is, zeker als je risicofactoren hebt.
Hoor je bij een hoogrisicogroep, bijvoorbeeld door een BRCA-mutatie of sterke familiegeschiedenis, dan start je doorgaans eerder en vaak met jaarlijkse MRI, soms aangevuld met mammografie. Heb je klachten zoals een nieuw knobbeltje, huid- of tepelveranderingen of bloedverlies uit de tepel, wacht dan niet op de volgende uitnodiging maar neem meteen contact op; je krijgt dan gericht diagnostisch onderzoek op maat.
Bevolkingsonderzoek: leeftijdsgroepen en uitnodigingen
In Nederland krijg je vanaf je 50e tot en met je 75e elke twee jaar een persoonlijke uitnodiging voor een screeningsmammogram, meestal met een voorgestelde datum en locatie in een (mobiele) screeningsunit bij jou in de buurt. In België word je in het georganiseerde programma om de twee jaar uitgenodigd van 50 tot en met 69 jaar. De deelname is vrijwillig en binnen het programma gratis of volledig vergoed, en je beelden worden doorgaans door twee radiologen beoordeeld voor extra zekerheid.
Kun je niet op de voorgestelde datum, dan verzet je de afspraak makkelijk online of telefonisch. Heb je buiten het programma recent ergens anders een mammogram laten maken, geef dat door zodat de vergelijking zo goed mogelijk is.
Hoog risico en uitzonderingen: eerder starten en extra beeldvorming
Hoor je bij een hoogrisicogroep, dan start je vaak eerder en vaker met controleren dan in het reguliere bevolkingsonderzoek. Denk aan een erfelijke aanleg (bijvoorbeeld een BRCA-mutatie), veel borstkanker in je familie, eerder bestraling op de borstkas op jonge leeftijd of een persoonlijke voorgeschiedenis van borstkanker. In dat geval adviseert je arts meestal jaarlijkse beeldvorming, vaak met MRI als basis omdat die bij jong en dicht borstweefsel gevoeliger is, aangevuld met mammografie en soms een gerichte echo.
Ook als je zeer dicht borstweefsel hebt, kunnen extra technieken zoals tomosynthese of echo nuttig zijn. Het schema wordt altijd op maat gemaakt in een gespecialiseerd centrum. Ben je zwanger of geef je borstvoeding, bespreek dan het juiste moment en de beste techniek.
Klachten waarbij je niet wacht op screening
Merk je een verandering aan je borst? Wacht niet op je volgende uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek; neem direct contact op met je huisarts.
- Alarmsignalen om meteen te laten beoordelen: een nieuw of groeiend knobbeltje; plotselinge verandering in vorm of grootte; kuiltjes of putjes in de huid; roodheid of zwelling die niet verdwijnt; intrekkende tepel; schilfering of eczeem rond de tepel; spontaan (bloederig) tepelvocht; aanhoudende, plaatselijke pijn; of een vergrote, voelbare klier in de oksel.
- Bij klachten volgt gericht diagnostisch onderzoek: meestal een diagnostisch mammogram, vaak aangevuld met een echo en zo nodig een biopsie-wacht dus niet op de bevolkingsscreening, ook niet als je nog onder de screeningsleeftijd valt.
- Zwanger of geef je borstvoeding en merk je iets op? Bel direct je huisarts of (borst)kliniek; ook dan is snelle beoordeling belangrijk.
Twijfel je? Liever één keer te vroeg laten controleren dan te laat-dat kan echt verschil maken.
[TIP] Tip: Vrouwen België 50-69, Nederland 50-75: laat tweejaarlijks mammogram maken.

Zo bereid je je voor en wat gebeurt er tijdens het onderzoek
Voor een soepel mammogram trek je het liefst een tweedelige outfit aan, gebruik je op de dag zelf geen deodorant, bodylotion of talk onder je oksels of op je borsten (die kunnen als vlekjes zichtbaar worden) en neem je eerdere beelden of verslagen mee als je die hebt. Plan zo mogelijk in de week na je menstruatie als je borsten minder gevoelig zijn, en vertel het als je zwanger bent, borstvoeding geeft, een pacemaker of borstimplantaten hebt. In de kamer word je tot boven de heupen ontkleed en positioneert de laborant je borst tussen twee platen.
De borst wordt enkele seconden stevig samengedrukt zodat het weefsel goed spreidt; dat kan gevoelig zijn, maar helpt de beeldkwaliteit en verlaagt de stralingsdosis. Van elke borst worden doorgaans twee opnames gemaakt, soms extra beelden of 3D-tomosynthese als dat nodig is. Het hele bezoek duurt meestal 10 tot 15 minuten. Na afloop controleert men de technische kwaliteit; de uitslag volgt via het screeningsprogramma of, bij diagnostiek, vaak sneller via je arts.
Voorbereiding: kleding, geen deodorant, eerdere beelden
Kies voor een tweedelige outfit zodat je alleen je bovenkleding hoeft uit te doen; een jurkje is onhandig omdat je dan helemaal uit moet. Sla op de dag van het onderzoek deodorant, bodylotion en talkpoeder over op je borsten en oksels, want resten (zoals aluminiumzouten of zinkoxide) kunnen op de röntgenfoto op kalkspatjes lijken en zo tot extra opnames leiden.
Heb je per ongeluk toch iets gebruikt, vraag dan om reinigingsdoekjes of maak het thuis goed schoon. Neem eerdere mammogrammen, echo’s en verslagen mee of laat weten waar ze zijn gemaakt, zodat de radioloog kan vergelijken met je vorige beelden. Die vergelijking voorkomt vaak onnodige ongerustheid en helpt subtiele veranderingen sneller te zien.
Het onderzoek: compressie, opnames en duur
Tijdens een mammogram plaatst de laborant je borst op een vlakke plaat en wordt er kort stevig samengedrukt met een transparante plaat. Die compressie spreidt het weefsel, voorkomt bewegingsonscherpte en verlaagt de stralingsdosis, waardoor kleine afwijkingen beter zichtbaar worden. Je staat stil en houdt een paar seconden je adem in terwijl de opname wordt gemaakt. Standaard krijg je per borst twee beelden: van boven (CC) en schuin (MLO).
Soms zijn extra close-ups of 3D-tomosynthese nodig; dat kost enkele seconden extra per opname. De druk kan gevoelig zijn maar is kortdurend (meestal 5-10 seconden); geef het aan als het te pijnlijk voelt. De belichting zelf duurt seconden, het hele onderzoek ongeveer 5-10 minuten en inclusief omkleden meestal 10-15 minuten. Na afloop checkt men de beeldkwaliteit; de uitslag volgt later.
Comfort en veiligheid: stralingsdosis, pijn en tips
De stralingsdosis van een mammogram is laag, grofweg vergelijkbaar met enkele maanden natuurlijke achtergrondstraling, en het risico is zeer klein vergeleken met de winst van vroege opsporing. Bij 3D-tomosynthese is de dosis iets hoger, maar nog steeds laag. De compressie kan gevoelig zijn, maar duurt meestal slechts 5-10 seconden per opname. Plan bij gevoelige borsten het onderzoek bij voorkeur in de week na je menstruatie en geef aan als iets pijn doet; er kan vaak iets aan de houding of druk worden aangepast.
Ontspan je schouders, adem rustig en vraag zo nodig om een korte pauze. Paracetamol een halfuur vooraf kan helpen als je snel last hebt. Heb je implantaten, borstvoeding of littekens, vertel dit vooraf; er zijn veilige technieken om toch goede beelden te maken en je comfort te bewaken. Er blijft geen straling in je lichaam achter.
[TIP] Tip: Geen deodorant; draag tweedelige kleding; blijf stil en ontspan tijdens compressie.

Uitslag, betrouwbaarheid en vervolgstappen
Na een mammogram krijg je je uitslag via het bevolkingsonderzoek per brief of via je arts als het om diagnostiek gaat. In de screening worden je beelden doorgaans door twee radiologen beoordeeld, wat de betrouwbaarheid verhoogt. Toch is geen onderzoek foutloos: bij dicht borstweefsel kan iets gemist worden (vals-negatief) en soms lijkt er iets verdachts dat het niet is (vals-positief), waardoor je wordt teruggeroepen. Je uitslag wordt vaak samengevat met BI-RADS, een indeling die aangeeft hoe waarschijnlijk een afwijking is en wat het advies is: 1-2 betekent geruststellend, 0 dat er extra beelden nodig zijn, 3 dat een controle na korte tijd verstandig is en 4-5 dat een biopsie wordt aangeraden.
Word je uitgenodigd voor vervolgonderzoek, dan krijg je meestal aanvullende mammografische opnames, een echo en indien nodig 3D-tomosynthese. Blijft er twijfel, dan volgt een naaldbiopsie onder echo of stereotactische begeleiding; de uitslag daarvan is er vaak binnen enkele werkdagen. Is alles goedaardig, dan ga je terug naar je normale schema. Wordt er kanker gevonden, dan word je snel doorverwezen naar de mammapoli voor een behandelplan. Zo weet je snel waar je aan toe bent en vergroot je de kans op tijdige, gerichte zorg.
Uitslag en betrouwbaarheid: BI-RADS, vals-positief en dicht borstweefsel
Je uitslag wordt vaak samengevat met BI-RADS, een internationale schaal die aangeeft hoe waarschijnlijk een afwijking is en wat de volgende stap moet zijn. Kort gezegd: BI-RADS 1-2 is geruststellend, BI-RADS 0 betekent dat er extra beelden of een echo nodig zijn, BI-RADS 3 vraagt om controle na korte tijd, en BI-RADS 4-5 wijst op een verhoogde kans en leidt meestal tot een biopsie.
Een mammogram is heel betrouwbaar, maar niet perfect: soms lijkt iets verdacht terwijl het goedaardig is (vals-positief), waardoor je extra onderzoek krijgt. Bij dicht borstweefsel kan een afwijking schuilgaan tussen het weefsel, waardoor de gevoeligheid lager is; tomosynthese of een aanvullende echo kan dan helpen. Dubbele beoordeling vergroot de zekerheid.
Vervolgonderzoek: echo, MRI en biopsie
Als je wordt teruggeroepen, volgt meestal eerst een echo. Met geluidsgolven ziet de arts of een afwijking met vocht is gevuld (cyste) of vast is, en kan er gericht gemeten en vergeleken worden met je mammogram. Een MRI gebruikt magneetvelden en contrast via een infuus om bloeddoorstroming en uitgebreidheid te beoordelen; dat is handig bij dicht borstweefsel, meerdere haarden of de voorbereiding op een operatie.
Blijft er twijfel, dan geeft een biopsie duidelijkheid: onder lokale verdoving neemt de arts met een holle naald een klein stukje weefsel af, vaak onder echo-geleiding, stereotactisch bij verkalkingen of vacuum-assisted voor grotere monsters. Je gaat dezelfde dag naar huis en kunt een blauwe plek of lichte napijn voelen. De uitslag volgt meestal binnen enkele werkdagen en bepaalt de volgende stap.
Veelgestelde vragen over mammogram
Wat is het belangrijkste om te weten over mammogram?
Een mammogram is een röntgenonderzoek van de borst om borstkanker vroeg op te sporen. Het kan screening- of diagnostisch zijn, met 2D of 3D-tomosynthese. Het verlaagt sterfte, gebruikt een lage stralingsdosis en kan ongemakkelijk zijn.
Hoe begin je het beste met mammogram?
Ben je 50-75 jaar (NL) of 50-69 (BE)? Dan tweejaarlijkse screening via uitnodiging of huisarts. Hoog risico: eerder starten en extra MRI. Bij klachten: ga. Voorbereiding: geen deodorant, tweedelige kleding, vorige beelden.
Wat zijn veelgemaakte fouten bij mammogram?
Veelgemaakte fouten: deodorant of bodylotion dragen; geen eerdere opnamen meenemen; niet melden van implantaten, zwangerschap of borstvoeding; plannen tijdens gevoelige cyclus; bij klachten wachten op screening; afspraken missen na BI-RADS-uitslag; angst voor straling laten voorgaan.